In beeld: de Dyson die niet kwam

Stofzuigerfabrikant Dyson trok in oktober vorig jaar de stekker uit zijn autoproject. Dankzij de Engelse krant The Times weten we hoe de eerstgeborene auto van het bedrijf had kunnen worden.

Al jaren gingen er geruchten dat Dyson, producent van onder meer zakloze stofzuigers die namen hebben als V8 en V10, zich zou willen storten op de ontwikkeling en productie van auto’s. In 2017 werden de ambities van Dyson-topman James Dyson realiteit. Althans, zo leek het. Hoewel Dyson maar liefst €2,8 miljard in het project pompte, is de geplande elektrische auto van het bedrijf er nooit gekomen. Wel zou Dyson Automotive een vergevorderd prototype in de ontwikkelingskamers hebben staan, maar het bedrijf slaagde er niet in die EV rendabel te krijgen. De Engelse krant The Times heeft een interview met topman James Dyson gehouden en publiceert daarbij de eerste afbeeldingen van de Dyson die er nooit kwam.

N526. Dat is de codenaam van het prototype waar Dyson Automotive tot oktober 2019 zo hard aan heeft gewerkt. Niet geheel verrassend zou de ‘N526’, waarvan de productieversie uiteraard een flitsender naam had gekregen, een volledig elektrische SUV worden. De auto moest plek bieden aan zeven inzittenden en moest volgens Dyson op één lading maar liefst 965 kilometer moeten kunnen rijden. De N526 zou dan ook gebruikmaken van zogenoemde solid state-accu’s, de heilige graal van accutechniek. Dyson gaf aan wel door te gaan met de ontwikkeling van deze solid-statetechniek en lijkt voornemens de techniek aan derden aan te bieden. De grofweg 5 meter lange en 1,7 meter hoge N256 zou in totaal zo’n 2.600 kilo in de schaal leggen en zou beschikken over twee 272 pk sterke elektromotoren, goed voor een sprint vanuit stilstand naar een snelheid van 100 km/h in 4,8 seconden. De topsnelheid van de hoogpotige zou op zo’n 200 km/h liggen.

Recent Articles

Related Stories